Dag 1: Geroepen om hoop te brengen
Je bent hier op een missionaire vakantieweek. Blijkbaar heb je iets van roepingsbesef, of ben je daarnaar op zoek. Een knagend gevoel van ‘ik zou toch iets meer moeten delen’ of de diepe vraag of er wel iets te delen valt. Ben ik geroepen om hier te zijn? En zo ja, om wat te doen dan? Mag ik ook gewoon voor de gezelligheid komen? In één van zijn brieven aan een zendingswerker stelt Paulus dat hij ‘geroepen is om geloof te delen, dat leidt tot hoop op het eeuwige leven.’ Hoop brengen op het eeuwige leven… is dat niet wat te hoog gegrepen voor een weekje Dabar?
Dag 2: Hopen op Gods woord
Gisteren hadden we het over hoop op het eeuwige leven – maar dat is niet de enige hoop die we als christenen te bieden hebben. Toch is hopen ook niet zomaar een verlanglijstje indienen en maar fingers crossed dat het waarheid wordt. Als gelovigen krijgen we van God een paar richtingen aangereikt: dingen waar we aan kunnen denken als we zoeken naar hoop. We hopen namelijk op Gods beloften – en we weten inmiddels dat God een God is die niet liegt. Het is niet voor niets dat de psalmist daarvan gaat zingen: Wij hopen op Gods woord!
Dag 3: Een hoopje ellende
Ik weet niet wat jouw beeld is van hoopvolle mensen, maar ik zie van die naïeve kleine meisjes voor me die in vrolijke jurkjes rondhuppelen op straat en nergens oog voor hebben. Blijkbaar lijkt hoop naïef en vrolijk, en straalt het iets ‘huppeligs’ uit in mijn hoofd. Niets is minder waar, volgens Paulus. Hij stelt dat hopen er niet altijd naïef en vrolijk uitziet. Hoop is niet alleen weggelegd voor rasechte optimisten. Sterker nog: Paulus lijkt te beweren dat hopen ook zichtbaar wordt door te lijden, te schreeuwen, te huilen van ellende –om je eigen situatie of vanwege het lot van anderen.
Dag 4: Een kwestie van geduld
Het hebben van hoop maakt het leven gek genoeg niet per se makkelijker. Soms is dat waar je op hoopt, nog heel lang onzichtbaar. Het is zoals de Hebreeënschrijver al zei: geloof overtuigt ons van de waarheid van wat we nog niet zien. Die onzichtbaarheid werkt ontmoedigend. Waarom zou je je hoop niet laten varen? Je weet niet of je verwachtingen ooit nog uitkomen… In het Oude Testament kennen ze dat gevoel. Daar staat hopen dan ook vaak gelijk aan geduld hebben: wachten, wachten, wachten… En tóch volhouden.
Dag 5: IJdele hoop?
Bij hopen denk je al gauw aan de toekomst: je hoopt op iets wat nog in het verschiet ligt en nog niet zichtbaar is. Maar, verrassend genoeg, kun je in je zoektocht naar hoop ook naar het verleden kijken. Hebreeën 11 vertelt over onze voorgangers: al die duizenden, miljoenen mensen die in al die levens vóór ons ook vol hoop zijn geweest, en niet hebben opgegeven. En reken maar dat ze veel hebben meegemaakt. Sterker nog: ze hebben de woorden van God en Zijn beloften niet helemaal in vervulling zien gaan. Als zij altijd hoop hebben gehouden, waarom zou jij dan opgeven?
Dag 6: Hoop die niet beschaamd wordt
Gisteren ging het over mensen die de belofte níet hebben zien uitkomen. Maar er zijn ook Bijbelse mensen die hun hoop wél in vervulling zagen gaan. Simeon en Anna bijvoorbeeld. Hoop was hun levenswerk. Wat hebben zij het lang volgehouden! En hun beloning: intense vreugde. Nu kunnen ze in vrede gaan.